Mijn God, ik heb 16 februari Atago Jinja*, een Shinto
heiligdom uit 1603 bezocht. Het ligt in het hartje van Tokyo op een heuvel. Ik
was overweldigd door de sfeer, de oude bomen, het meertje met Koi karpers, de
verschillende heiligdommen, de hoekjes met gedenkstenen, de eerbewijzen, de
briefjes die je in de tempel kunt opdragen aan de god van het vuur, van het
water, van de bergen, ga maar door.
Zou U hier iets over willen zeggen?
Het is ook een
overweldigende godsdienst, met een rijkdom aan rituelen, vormen van God en
vooral het allerbelangrijkste een zeer makkelijke en toegankelijke manier om de
gewone mens in zijn dagelijkse leven bij te staan.
Alle rituelen zijn
gericht op het voeden van de hoop, het steunen van een zoekende, het overgeven
van het lot, het vragen om zegeningen en het verkrijgen van gunsten.
De machten en
krachten van God op aarde zoals die zich uiten in het vuur en het water, de
aarde, de geest van bomen, van een berg, van een stad, van een rivier, van de
voorouders, die staan door deze
godsdienst allen en onmiddellijk ter beschikking aan de gelovige.
Dit is één van de
redenen, dat de Japanners gemiddeld genomen, het oudst worden ter wereld, het
gezondst eten, veel compassie hebben voor de natuur, wanneer je het vergelijkt
met andere volkeren.
Is je niet
opgevallen, hoe schoon de straten zijn?
De Japanner zou het
gevoel hebben, als hij wat op straat gooide, dat hij dat in zijn eigen huis
deed. En dat gevoel is zeer correct. Dan doe je dat in jouw eigen huis. Want de
aarde is jullie huis, het enige thuis wat jullie hebben. En dit ene dat ik
noem, het afval op straat, of juist het gebrek eraan, is symbool voor een
diepdoorleefd gevoel van de Japanse cultuur met haar omgeving.
De andere kant, de
kernenergie, het doden van walvissen, de gokcultuur bewaren we voor een andere
blog.
In vrijwel dezelfde
tijd als de Boeddha kwam deze openbaring van het Shintoïsme op aarde, parallel
hieraan en onafhankelijk hiervan.
En er is bijna geen
godsdienst op aarde, die zo exclusief door één volk is gekoesterd en gebezigd
en ontwikkeld als het Shintoïsme in Japan. Japan is immers een eiland.
En een monotheïst zou
er ziek van worden, zo’n veelvormige godsdienst. God niet.
Want het is waar, dat
de monotheïstisch godsdiensten de simpele waarheid koesteren, dat alles van God
is en alleen God aanbeden mag worden en gedankt.
En het is waar, dat
de Shintoïsten vaak vergeten, dat achter alle krachten en alle geesten God
schuilt, alleen God, en niets anders. Maar dan mag het volgende gezegd worden.
De geestelijke wereld
kijkt alleen naar wat iemand doet met zijn geloof, en dan is een Shintoistische
Japanner met een groot hart voor zijn omgeving en zijn openstaan voor de hele
geestelijke wereld meer waard dan een monotheïst. Voor het helder stellen is
deze tegenstelling gebruikt.
Want deze monotheïst
(Christen, Moslim, Jood) ontgaat regelmatig veel van de macht en pracht van God
in de geestelijke wereld op aarde en via al Diens dienaren. De rijkdom van de
vormen, de krachten en machten, de schakering van de veelheid, van allerlei
energieën, van inspiraties, van uitstralingen, van situaties, van zegeningen verbonden
met een wolk, een boom, een rivier, een bloem, een regenbui. En zonder gevoel
voor dat alles wordt het al gauw een beetje bloedeloos.
Want de gewone mens
is maar een gewone mens, zich ontwikkelend van aap naar geest, en in de lange
weg van de evolutie zijn al die krachten en vormen en machten een mooie
stimulans, een hulpmiddel, een gelegenheid om verder te komen, om het leven te
overwinnen, te doorstaan, om hoop te houden.
En daarom heeft de
geestelijke wereld het Shintoïsme zeer verwelkomd en zal dat blijven doen.
Wees jullie allen
gezegend
Nr. 264
*De foto is een ander Shinto heiligdom