Zou U in willen gaan op het leven van de “ Somalische echtgenoot “ ?
(Zie http://watchthegod.blogspot.nl/2012/05/een-boodschap-op-pinksteren-message-of.html )
De echtgenoot van de in de blog vermelde Somalische vrouw
was geen lieverdje.
Hij was hoogmoedig en onrechtvaardig en vond zijn rijkdom,
het bezit van zijn vrouwen en vele mannelijke kinderen eigenlijk vanzelfsprekend.
Hij had een hoge dunk van zichzelf. Hij vond dat hij recht had op zijn
welvaart. Het leven heeft hem veel gegeven, maar hij heeft weinig teruggegeven.
Kort samengevat was veel van zijn gedrag
weliswaar ook cultureel bepaald, maar hij vertoonde een buitengewoon grote onverschilligheid
voor de gevoelens van zijn vrouwen en hielp de armen meer uit religieuze plicht
dan dat het hem raakte. Hij mishandelde en verkrachtte zijn altijd jonge
vrouwen (soms meisjes van 14) zonder enig oog voor hun gevoelens. Hij had een
hoge dunk van zichzelf (terwijl hij eigenlijk dom was) en van zijn
mannelijkheid.
Hij genoot van zijn macht en misbruikte die.
Wanneer zijn vrouwen, zoals de in de blog vermelde echtgenote, hun dochters verloren,
was hij onverschillig voor dat verlies, want vrouwen telden niet in zijn leven,
en hij was zeker ook onverschillig voor hun verdriet. Hij was alleen woedend
als het om een overleden zoon ging. Hij sloot zijn vrouwen vaak op en
behandelde ze altijd als zijn slaven. Wanneer de in de blog vermelde vrouw
sterft, ligt hij bij een van zijn jongste, nieuw verworven echtgenotes.
Deze oude Somalische man is in eigen bed, in welvaart gestorven
en hij werd omringd door zijn voor het oog wenende vrouwen (zo trouw doen zij).
Hij heeft zijn religieuze plichten aan Allah altijd vervuld, maar meer uit gewoonte dan uit liefde voor
Allah. Na zijn overlijden wordt hij door niemand beweend en er wordt door bijna
niemand voor hem gebeden.
De geestelijke wereld had uit liefde voor zijn geestelijke
toekomst wat in petto.
Hij gelooft in een leven na de dood en verwacht in zijn zelfgenoegzaamheid
ontvangen te worden in een mooi omgeving met veel vrouwelijk schoon.
Er is niemand. Hij is beland in een desolate omgeving, en
ligt half verlamd voor een armoedige krotachtig bouwsel. Hij ligt in het stof
en kan zich met moeite naar binnen en buiten slepen. Hij heeft zijn lichaam zo
vaak misbruikt, op het vlak van alle begeerten, dat hij weliswaar menselijk,
maar een beestachtig voorkomen heeft. Hij heeft anderen zo vaak psychisch en
fysiek misbruikt, dat hij niets meer kan doen. Hij lijdt aan pijnen en ernstig
fysiek ongemak: honger, dorst, kou, stofwolken. Hij heeft zweren op zijn huid,
want hij heeft vaak de huid van anderen beschadigd. Hij lijdt aan pijnen, want
hij heeft te vaak anderen pijn gedaan. De pijnen concentreren zich rond zijn
geslachtsdelen en zijn ogen, want zijn seksualiteit en zijn oog voor schoonheid
heeft hij misbruikt.
Hij ligt verlamd voor zijn hut en wacht.
Hij is verbijsterd over zijn omgeving, verontwaardigd dat
hem dit wordt aangedaan en woedend dat hij niet opgewacht is door een hele
reeks mooie vrouwen, want zo ging het altijd in zijn aardse leven.Hij begrijpt er niets van. En deze situatie duurt vele jaren. Vele jaren. In zijn beleving eeuwen, in aardse termen vele jaren.
Omdat hij nooit heeft geholpen, wordt hij niet geholpen.
Omdat hij nooit medelijden heeft vertoond, is er ook niemand
in zijn omgeving met medelijden.
Zijn “Mijn Allah”,
zijn ziel en zijn beschermengel kijken met liefde neer op dit geestelijk
schepsel, dit karikatuur van een mens, dit product en resultaat van eigen
handelen en met hoop wacht men op een eerste teken van twijfel. Want pas als
zijn bewustzijn zich begint af te vragen of hij misschien zelf heeft
bijgedragen aan deze situatie, heeft hij recht op enig menselijk contact. Deze
periode had korter kunnen zijn, als hij iets goeds op aarde had verricht, een
weldaad, een nuttig iets voor de samenleving, maar hij was louter parasiet. De
periode had ook vervroegd kunnen worden
als er iemand voor hem had gebeden, als er iemand van hem had gehouden.
Dit is de door hemzelf geschapen hel.
Na circa 45 aardse jaren is in zijn bewustzijn een eerste
vorm van twijfel ontstaan.
Hij krijgt daarom bezoek van een geestelijk wezen, dat zich
bereid heeft verklaard hem te begeleiden. Dit wezen heeft noodzakelijkerwijs
een vrouwelijk voorkomen. Het duurt nog twee jaar voordat zijn bewustzijn
wanhopig genoeg is, en genoeg twijfelt om open te staan voor een gesprek.Maar de uitstraling van dit geestelijk wezen en haar bezoeken doen hem energetisch toch goed, ook al heeft hij haar gedurende deze bezoeken afgewezen. Na twee jaar ontstaat een eerste gesprek.
De hele coaching vergt nog een vol jaar.
De ervaringen in de geestelijke wereld zijn dat de “verstokte”,
koppige houding de langste periode betreft. Is eenmaal de geest van twijfel
werkzaam in een menselijk bewustzijn dan is de spijtperiode relatief kort.
In dit jaar vinden de volgende veranderingen plaats:
- Zijn omgeving verandert geleidelijk aan naar een normale, natuurlijke omgeving
- Zijn voorkomen verandert in dat van een bedeesde, magere man zonder lichamelijk ongemakken of pijnen. Hij kan zich in en rondom zijn eenvoudige woning vrij bewegen.
- Zijn geest gaat open staan voor de macht en de kracht van het vrouwelijke
- Zijn zelfingenomenheid verandert in bescheidenheid
- Zijn egocentrisme in een zekere bereidheid om zich heen te kijken
- Zijn hart begint geleidelijk open te staan doordat hij mag gaan voelen wat zijn slachtoffers hebben ervaren (dit was overigens zijn eigen keuze)
- Hij wordt geconfronteerd met hoe hij liefdevoller had kunnen handelen (dit is verplicht)
- Zijn inzicht neemt toe en dientengevolge zijn spijtgevoelens.
Meneer is uiteindelijk uitgegroeid tot een liefdevolle helper
in de geestelijke wereld. Het aardse verleden wordt uiteindelijk helemaal
vergeven, echter door de persoonlijkheden zelf nooit helemaal vergeten. Daders
zijn minder bereid het verleden helemaal los te laten dan slachtoffers.
Wees jullie
allen gezegend
Nr. 155
Nr. 155