Translate

zondag 3 mei 2020

Is bijna iedereen in staat een misdadiger te worden?



Mijn God, mag ik U vragen. Ik las een artikel over het essay “De banaliteit van het kwaad” van Hannah Ahrendt. Hierin beschrijft ze dat de grootste misdadigers uit de geschiedenis eigenlijk gewone mensen waren en gewoon door een bureaucratisch systeem èn door niet na te denken langzamerhand verwoorden tot misdadigers. Dit bedacht ze naar aanleiding van het proces tegen Adolf Eichmann. Zou U hier iets over willen zeggen?

Het leven is niet zo simpel. Hannah Ahrendt is ook behoorlijk verguisd om haar filosofische gedachtengoed maar niet helemaal terecht.
Niet bijna iedereen is in staat een misdadiger te worden in de situatie zoals waar Adolf Eichmann in verkeerde. En dat wist hij zelf ook, bezie het verdriet in zijn ogen van latere foto’s*. Hij wist gaandeweg zijn leven heel goed wat hij misdaan had. En dat hij niet een slachtoffer van zijn situatie was maar systematisch zijn geweten had onderdrukt.

Het is waar dat dikwijls omstandigheden iemand maken tot misdadiger.
Het is waar dat dikwijls de tijdgeest iemand maakt tot een misdadiger.
Het is waar dat het consequent niet denken en nadenken iemand maken tot een misdadiger.
Het is waar dat het consequent onderdrukken van de signalen van het geweten en het hart iemand maken tot een misdadiger.
Tot zover min of meer de strekking van het verhaal van Hannah Ahrendt.

Maar er is iets anders crucialer en belangrijker en meer de oorzaak van of iemand afglijdt tot een misdadiger of een engel.
En dat is de plek van het ego of God in het innerlijk.
Wie zit er bij de mens op de troon van zijn innerlijk? Of wie zit er af en toe bij de mens in zijn innerlijk op de  troon. Of wie wordt af  en toe uitgenodigd om even dan toch op de troon van het innerlijk plaats te nemen?

Is dat het ego of is dat God?

Al zou maar één enkel moment de mens in al zijn misdadigheid en ontsporing verzuchten “mijn God mijn God waarom heeft U mij verlaten?” en de verandering vindt plaats, de ontsporing stopt en de misdadigheid wordt een halt toegeroepen.

En Adolf Eichmann deed dat niet, niet één enkele keer in zijn misdadige ontsporing, en als hij een gewetensvolle neiging kreeg onderdrukte hij die en als hij een keer signalen kreeg, luisterde hij verbeten niet naar de signalen. En dan krijg je wat we weten van het misdadige leven van Adolf Eichmann, van het vleesgeworden kwaad.
Adolf Eichmann is in de geestelijke wereld nog steeds aan het rechtzetten wat hij in zijn aardse leven heeft aangericht.

Maar nu kom Ik tot Mijn punt waarin Hannah Ahrendt zich vergist.

Adolf Eichmann weigerde ook maar één keer in zijn innerlijk ècht te luisteren naar God.
Adolf Eichmann weigerde ook maar één keer God toe te laten op zijn innerlijke troon.
Adolf Eichmann weigerde ook maar één keer te handelen naar de signalen van zijn geweten en zijn hart.

En dat is niet banaal.

Wat Adolf Eichmann deed was systematisch en consequent luisteren naar de aap van God in plaats van naar God. Consequent luisterde hij naar de duivel in plaats van naar God. Consequent luisterde hij naar het kwade in plaats van naar het goede. En dat de duivel of het kwade de vorm hadden aangenomen van Adolf Hitler doet niet ter zake.

En na zijn proces en tijdens zijn gevangenisjaren en na zijn dood is Adolf Eichmann met niets anders bezig geweest dan met dit ene, met deze éne vraag, gebukt gaand onder verschrikkelijke allesverzengende spijtgevoelens “waarom heb ik geluisterd naar de duivel en niet naar God?”

En tot slot: de meeste mensen zijn niet in staat tot permanente en consequent misdadige ontsporing, eenvoudigweg omdat ze altijd wel een keer naar hun geweten luisteren of tenminste één keer God toelaten op de troon van hun innerlijk, bewust of onbewust.

Wees jullie allen gezegend

*Check een foto genomen in zijn cel in 1961 (15 jaar na de oorlog)

Nr. 478