Translate

zondag 27 december 2020

De machtige Godsvonk laat zich horen


Ik kreeg van mijn vriendin Merel het volgende te horen en vroeg haar om het op de mail te zetten zodat ik het voor kon leggen aan Mijn god. Dit is haar verhaal:

 

Door allerlei omstandigheden die ik als behoorlijk belastend ervaar, zat ik in de zorgen en angsten verstrikt.

De lockdown, de nieuwe dreiging van een muterend virus, en als zure kers op de taart een lichamelijk probleem dat potentieel wel eens dodelijk zou kunnen zijn.

Nu ben ik geheel niet bang voor de dood, integendeel, ik ‘wil graag naar Huis”, maar ben wel zeer bevreesd voor pijn en aftakeling.

 

Ik zei tegen God: “Dit is wel iets teveel hoor. Deze zich afbrekende wereld, al die zorgen overal, de totale onzekerheid en dan ook nog een akelige ziekte misschien ?

Ik vind het wel welletjes, haalt U mij maar naar Huis als het even mag.’(en zag de dreigende ziekte eigenlijk wel een beetje als een mogelijke escape naar Huis eerlijk gezegd).

 

Er was dus wel een angst die er mocht zijn, en er was uiteraard ook wat gezomp zoals mijn zeer gewaardeerde vriend Frenkie dat noemt.

 

Toen hoorde ik, op een gedragen toon alsof die uit een prachtige kerk kwam:

 

“I am part of a magnificent Creation. I am particle of a magnificent Creator.

So then; who am I to not want to live?”

 

Dit vervulde mij met ontzag en grote nederigheid.

Het klonk bijna streng maar toch heel liefdevol en vol begrip.

 

Wat sprak hier; mijn Hoger Zelf, Godsvonk, Spirit?

 

Ik verbaasde me een beetje over de “I” vorm.

 

Het echoot dagelijks nog in mijn hoofd en hart na.

 

Tot zover Merel.

Zou U hier op in willen gaan?

 

Mijn zoon, jouw vriendin Merel mag haar lijntje met Haar God koesteren. Dit is duidelijke taal. Dit wil Ik er nog over zeggen.

 

Jouw vriendin werd uit haar ego-gedoe gehaald door deze machtige woorden.

 

God koestert het leven.

God koestert de schoonheid ervan.

God koestert het lijden.

God koestert het zijn.

 

Wie is de mens, dat hij zou mogen twijfelen aan de macht van God, aan de heiligheid van het bestaan?

Wie is de mens dat hij in de waan van het moment zou willen twijfelen aan zijn bestaan, aan de schoonheid van het leven en het nut van zijn lijden?

Wie is de mens die bij een bocht in de weg, als de weg even geblokkeerd is door obstakels en zorgen, gelijk zijn tocht wil stoppen?

 

Jullie lijken kleine, kortzichtige en kinderachtige wezens vol zelfmedelijden, twijfel en angsten met jullie wankelmoedige levenshouding, jullie gezwelg in pijntjes en egodingetjes. Hoe moet God hier ooit nog wat van maken? De aartsengel Lucifer is niet voor niets uit de hemel gevallen. Die zag het gelijk al niet zitten met dit project. Die had geen enkel vertrouwen in jullie als voormalige aap.

 

Maar dan God Zelve.

 

Hoe groot is de liefde van God die aan dit alles liefdevol voorbijgaat en niets anders ziet dan jullie hunkerende en zorgelijke gemoed dat getroost en gekoesterd moet worden voordat er weer plezier en geluk wordt ervaren?

Hoe groot is het geduld van God totdat jullie met jullie hele wezen zeggen: niet mijn wil maar Uw wil geschiede.

Hoe groot is God die jullie over duizend obstakels heentilt en jullie altijd op weg helpt.

Hoe groot is God die jullie in jullie vertwijfeling liefdevol de juiste kant uitduwt.

 

De Mijn God van Merel verwoorde het enige juiste perspectief voor de mens, namelijk het perspectief van de Godsvonk in de mens die Zijn/Haar project wil afmaken. Er is niets anders, dat God wil, eigenlijk. Daarom de krachtige woorden

 

who am I not wanting to live?”

 

God wil dat jullie je vereenzelvigen met  deze grote en eeuwige kracht in jullie wezen, vandaar.

Jouw vriendin Merel is gezegend.

 

Wees jullie allen gezegend 


Nr. 497