“In de ziel met de minste verlangens en eigen genietingen verblijft Hij het meest alleen. Het liefste en het meest als in Zijn eigen huis. Hij regeert en bestuurt haar en woont er des te meer in het geheim naarmate Hij er meer alleen is. Uit Levende vlam van liefde Strofe IV, nr.14”
Mijn God,
Hoe kan ik hier ooit tegen op boksen? Mijn ego met zijn eindeloze verlangens en wensen en frustraties en eigen dingen.
Maak ik het eens mee, dat ik stil ben van binnen en U zich aan mij laat zien. Dan hoeft er maar iets te gebeuren, buiten mezelf of van binnen, en U bent weg. Nou ja, of eigenlijk trekt U zich terug, omdat U mij de vrijheid geeft, telkens opnieuw, om me te verliezen in mijn kleine egodingetjes. Om moedeloos van te worden.
Mijn zoon, wordt niet
moedeloos onder Mijn leiding. Voel je steeds opnieuw opgetild en geïnspireerd.
Wankel niet, twijfel niet. Houd vast aan jouw voornemen je voor Mij te
ontledigen. Wees telkens opnieuw waakzaam. Zet een wachter bij de drempel van
jouw bewustzijn, en laat de wereld met zijn verleidingen niet te snel naar
binnen. Kies telkenmale opnieuw voor Mij, Houd moed.
En weet, dat het
aantal momenten, dat je je verliest in jouw dingetjes minder worden. En dat het
aantal momenten, dat je je vrijwillig koestert aan Mijn boezem, toenemen.
Gaat voort, steeds
opnieuw. En deins niet terug voor de momenten, dat de problemen van het leven jou bespringen als vliegen. Juist op zulke momenten draag Ik je.
En herinner je toch:
Ik regeer het liefst in een leeg huis. Wat zou Ik concurreren met de dingen van
het ego? Ik wacht op de overgave van jouw innerlijk. Dat is Mijn wens. Altijd.
En weet dat die
overgave er onherroepelijk aankomt, bij jou, bij een ieder.Wees gezegend in jouw voornemen
Wees jullie allen
gezegend
Nr. 200
Nr. 200